Taal


Ren je rot werkwoorden

Uitleg:

Hang de vragen op in de klas of op het schoolplein. De leerlingen krijgen een antwoordenblad. Op het antwoordenblad is een nummer gekleurd. De leerlingen beginnen bij deze vraag. Ze lezen de vraag goed en schrijven het antwoord op hun antwoordenblad. Komen de leerlingen bij een dikke streep? Dan laten ze hun antwoord controleren bij de leerkracht. Op deze manier kan de leerkracht goed zien hoe het gaat en of er nog uitleg nodig is.

Lees meer »

Propjesspel

Uitleg:

Tijdens het propjesspel ligt de klas vol met propjes. De leerlingen krijgen een antwoordenblad en leggen deze op hun eigen tafel. Ze lopen rond door de klas, pakken een propje en openen deze. Ze schrijven het antwoord bij het juiste nummer op, op hun antwoordenblad vervolgens maken ze er weer een propje van en mogen ze het propje door de klas gooien.

Lees meer »

Beweegbingo

Uitleg:

De leerlingen krijgen allemaal een beweegbingo kaart. Hierop staan 6 vakjes met bewegingen. In elk vakje schrijven ze woord, dit kunnen bijvoorbeeld de woorden zijn van de woordenschatles. De leerkracht vertelt een betekenis van een woord. De leerlingen kijken of zij het woord op hun bingokaart hebben staan. Is dit het geval, dan voeren ze de beweging uit en gaan ze weer zitten. Pas als alle beweging zijn uitgevoerd en er dus bingo is, mag het kind bingo zeggen.

Lees meer »

Kruiswoordpuzzel werkwoorden

Uitleg:

Hang de vragen op in de klas of op het schoolplein. De leerlingen krijgen een werkblad met een kruiswoordpuzzel erop. Ze rennen naar een kaartje toe. Bekijken het nummer van de vraag en of er horizontaal of verticaal staat. Ze lezen de vraag goed en schrijven het antwoord op in hun kruiswoordpuzzel. De leerkracht loopt rond en kijkt af en toe mee op de antwoordbladen om te kijken of het goed gaat.

Lees meer »

Simultaan tafelrondje

Uitleg:

Zorg dat de tafels in groepjes van drie staan. Op elke tafel ligt een blad: ik, hij/zij & wij. De leerkracht zegt een werkwoord. Bijvoorbeeld: lopen. De leerlingen schrijven op het blad de goede vorm van het werkwoord op. Vervolgens lopen ze door naar het volgende blad. De leerkracht zegt nu een nieuw werkwoord, bijvoorbeeld: knipt. De leerlingen schrijven de juiste vorm op en lopen weer door.

Lees meer »

Leestikkertje

Uitleg:

De leerlingen spelen op het schoolplein tikkertje. Worden de leerlingen getikt? Dan lopen ze naar de leerkracht toe, hier lezen ze een rijtje met woorden. Daarna mogen ze weer meedoen met het spel. Wissel na twee minuten van tikker(s).

Lees meer »

Maak jouw eigen website met JouwWeb